Het thema waar wij momenteel aan werken is: ‘Wij wonen in Nederland’. Wat is nou typisch Nederlands? Wat weten wij al en wat willen wij nog leren?
Wij zijn gestart over melk, want melk drinken maar ook de koeien, is natuurlijk typisch Nederlands. Wat kun je er allemaal van maken? Onder andere kaas en ‘toetjes’. In de spelhoek is een kaaswinkel ontstaan. Er wordt kaas gesneden, afgewogen, verkocht, gekocht en er moet betaald worden met de juiste hoeveelheid geld. Zonder dat zij het door hebben, zijn zij druk met zich ontwikkelen. Ook is er een kaasboer op school geweest. Daar is echt kaas gekocht, hebben we betaald met geld en hebben wij mogen leren wat er allemaal komt kijken bij het verkopen en kopen van kaas.
Behalve kaas kunnen er o.a. ook toetjes gemaakt worden van melk. De kinderen hebben kloppudding gemaakt. Hoe het gemaakt moet worden is afgelezen van de verpakking, de juiste hoeveelheid melk is afgemeten, de mix is geklopt en natuurlijk (het belangrijkste) het toetje is opgegeten. Wat hebben wij gesmikkeld!
Inmiddels zijn wij overgegaan over de molens. Molens vind je vooral veel in Nederland, oude maar ook moderne molens. Ze leren er steeds meer over. Ook worden er o.a. molens gevouwen, gebouwd met Lego waarbij zelfs de wieken kunnen draaien en worden ze getekend en geknutseld.